Kees van den Oetelaar: "Ik wil de Britse fokkerij op de kaart zetten"

"Ik wil de Britse fokkerij op de kaart zetten"

Kees van den Oetelaar

Onlangs is Kees van den Oetelaar de directeur van het Anglo European Studbook geworden. Hij en zijn nieuwe team zullen paarden met hetzelfde oog bekijken, maar qua management wordt er wel flink gemoderniseerd. Kees van den Oetelaar vertelt daarover: “We willen dingen dingen hel ander aanpakken en efficiënter te werk gaan, maar het paard blijft altijd het belangrijkste.” Het moge duidelijk zijn dat de Nederlandse paardenhandelaar Kees van den Oetelaar de best gekwalificeerde man is om het Engelse fokken naar de top van de World Breeding Rankings te brengen. Hij is een echte expert als het aankomt op fokken. Hij ontdekte Concorde, Lord Z, Verdi, Spartacus, Marius Claudius, Cannabis Z, Guccio, Warrant en vele anderen. 

We bezoeken Kees thuis in Schijndel. De paarden komen en gaan. Een heleboel andere paarden deelt hij met collega’s. Bijvoorbeeld VDL Groep Verdi (Maikel van der Vleuten), Spartacus (Marco Kutscher) en Eldorado vd Zeshoek (hanno Ellermann) zijn gedeeltelijk eigendom van hem. Kees werd beroemd als dealer. Hij exporteerde duizenden paarden, maar de laatste tijd had hij vooral top springpaarden. Tijdens de Olympische Spelen in Peking wonnen zijn referenties gouden, zilveren en bronzen medailles. 

Laten we starten bij het begin. Wanneer werd je voor het eerst verliefd op een paard?
Ik ben geboren tussen de paarden. Mijn ouders en ooms waren ook dealers. Van hen heb ik veel geleerd. Ik nam de goede aspecten die ik bij ze zag mee, maar ik zag ook dingen die ik nooit hetzelfde zou doen. Wanneer ze bijvoorbeeld tien paarden hadden waarvan er één uitzonderlijk goed was, verkochten ze die als eerst om alvast wat winst te boeken. De andere negen konden ze vervolgens nauwelijks verkopen. Ik probeer de goede paarden altijd zo lang mogelijk te houden en verkoop de anderen eerst. 

Ik neem aan de ze niet allen springpaarden verkochten toen…
Toen ik begon met het handelen in paarden, was alles business. Je probeerde paarden zo goedkoop mogelijk te kopen. Ik kocht pony’s, trekpaarden, veulens en sportpaarden. Ik was pas zeventien toen ik 24 paarden verkocht in Italië. Het vervoer van de paarden was erg primitief en moest alles in m’n eentje uitzoeken. Wat later begon ik met het verschepen van paarden naar Groot-Brittannië. Zakelijk gezien was alles anders toen ik net begon. 

Dealers en fokkers zijn meestal twee verschillende soorten mensen. U bent beide.
Ik ben altijd al geïnteresseerd geweest in de fokkerij. Mijn vader begon met het fokken van een Franse. Dit paard kwam uit het Duitse leger tijdens de Tweede Wereldoorlog. Mijn vader liep ver op zijn tijd vooruit. De meeste fokkers gebruikten de zware, Belgische paarden in die tijd. Die Franse merrie van hem zou vandaag de dag nog steeds een prachtig paard zijn. Hij heft ook prachtige veldlopen met haar uitgevoerd en won zelfs het Nederlands kampioenschap. Helaas kreeg hij nooit een medaille uitgereikt. Alleen officieren, rijke en nobele mensen wonnen immers medailles. Dat is ook de reden dat hij zijn merrie altijd moest verbergen. Gelukkig zijn de tijden veranderd. 

Dus wat betreft foktheorieën lag u op één lijn met uw vader? 
Inderdaad, hij wist wat hij moest fokken. Hij was de man die de moderne springstijl introduceerde, met de achterbenen omhoog. Daarvoor sprongen paarden met hun achterbenen onder hun lichaam, maar mijn vader realiseerde zich dat ze op moesten gaan om de hekken te laten liggen. Hij benadrukte dat een paard horizontaal gebouwd moest worden om rond te springen. De achterste benen mogen dan wel geen grote hoek hebben, maar de korte galop moet instelbaar zijn. Dat zijn de dingen die ik van hem leerde. 

Al deze kennis maakte van u een sleutelfiguur in de AES hengstcommissie. Nu leidt u het stamboek.
Ik beoordeel al voor AES sinds de oprichting, bijna twintig jaar geleden. De eerste keer dat ik op inspectie was, was ik er alleen als bezoeker. Henk Minderman, de oprichter en directeur van het stamboek, vroeg me toen om te oordelen. Ik zei ja en doe het vandaag de dag nog steeds. Ik ben zeer gepassioneerd over het oordelen. Ik ga naar iedere hengstenkeuring in Europa. 

Hoe komt het dat Nederlanders het Britse stamboek door de jaren heen zo hebben beïnvloed?
Henk Minderman woont al lang in Groot-Brittannië. Ook ik doe al zaken met Engeland sinds ik begon. Ik denk dat ik wel vijftig procent van de paardenmensen ken in dat land. Al die jaren verkocht ik duizenden paarden in het buitenland. Het begon in 1978 en nog steeds heb ik dezelfde klanten als in het begin. Soms zag ik een klasse in Groot-Brittannië met vijftig paarden, waarvan er twintig van mij kwamen. Een andere reden waarom we misschien wel het best geplaatst in het stamboek zijn, is omdat Nederlanders al veel meer met de fokkerij bezig waren dan het Britse volk. Britten praten over renners, wij over paarden. Dat is het verschil. We moeten Britten bewust maken van de betekenis van het stamboek.

AES was het eerste grote stamboek voor sportpaarden in Groot-Brittannië. Hoe vordert het fokken in dat land?
Vanaf het eerste jaar hadden we een heleboel mensen die geïnteresseerd zijn in wat we deden, want er was nog geen professionele stamboek. Wegens een gebrek aan structuur zijn er vele bloedlijnen verloren gegaan. Deze proberen we weer terug te krijgen met informatie over goede foklijnen in Engeland. Onze fokker Charlie Edwards had eens vier paarden op de Olympische Spelen, maar geen nieuwe. Vandaag de dag kan niemand me een antwoord geven als ik vraag naar de vijf beste merries van Groot-Brittannië. Zelfs ik weet het niet, omdat er geen informatie over bekend is. Er is nog een hoop te doen in dit land. 

Hoe komt het dat een land als dit nog nooit een fatsoenlijke stamboek heeft gehad?
Denk niet dat Engeland geen land is waar veel gefokt wordt, want dat is niet waar. Ik weet zeker dat er geen enkel ander land meer interesse heeft in de fokkerij dan Groot-Brittannië, maar er is een gebrek aan structuur op dit moment. Als je de paardenmanie in Hickstead ziet…die is ongelooflijk. Alleen iedereen moet zich realiseren hoe belangrijk de moederlijn van een paard is. De fokkers worden nooit verteld hoe ze moeten fokken, dus ze kunnen het ook niet weten. Daarom willen we nu ook een handleiding voor ze maken. Dat probeer ik al jaren, maar heb nooit echt de kans gehad om het uit te werken. Nu ik de directeur van het stamboek ben, heb ik ook de kans om het te doen.

Het is al stukken beter geworden sinds het begin van het stamboek twintig jaar geleden.
Natuurlijk. Anders kun je niet op de negende plek in de World Breeding ranking staan. In het begin was er slechts één inspectie in Groot-Brittannië. Later zijn we begonnen met het organiseren van keuringen door heel Europa. Nu gaan we keuringen organiseren in Ierland, Duitsland, Frankrijk, Nederland, Kroatië, Scandinavië en Italië. Sommige fokkers in Engeland zijn erg ambitieus. Ik denk meteen aan William Funnell, familie Light en Mark Evans, maar ik vergeet om een ​​heleboel andere namen te noemen. Nu is mijn ambitie is om elke fokker in Engeland ervan te overtuigen om de standaard te verhogen. Ook fokkers met twee of drie merries kunnen zeer interessant zijn voor ons. In Nederland en België hebben die kleine fokkers het grootste deel van de internationale springpaarden geleverd.

Welke dingen wil je precies veranderen?
Ik wil meer registraties van veulens. Vooral in Europa zie ik dat een groot aantal hengsten AES zijn goedgekeurd, maar hun nakomelingen worden in buitenlandse stamboeken in gevoerd. Dit is de enige reden waarom we nog niet hoger op de wereldranglijst staan. Hengsten zoals Arko III, Plot Blue, Hickstead en Vangelis S werden niet genoeg ingezet in hun jongere jaren. Ik hoop dat dat status ‘goedgekeurd’ meer waardering krijgt van fokkers in de toekomst. Tripple X wint de Grand Prix in Hickstead, maar hij dekt geen één merrie meer vanwege die winst. Als de KWPN hengst Verdie de Grand Prix in Hickstead zou winnen, zou hij de dag erna bij tien merries kunnen fokken. We hebben behoefte aan betere marketing. Daarom moeten we veel moderniseren en de fokkers dichterbij het stamboek brengen. We hebben een nieuw hoofdkantoor geopend in Rusper, West-Sussex. We werken met allemaal nieuwe, capabele mensen. We hebben de lay-outs van de paspoorten veranderd. We hebben nu zelfs QR-codes 
in de paspoorten zodat alle informatie in een app opgezocht kan worden. We zijn ook bezig met het ontwikkelen van een app waarin alle resultaten van de paarden opgezocht kunnen worden. Daarnaast gaan we een medische database opzetten, zodat het mogelijk wordt om de complete medische geschiedenis van een paard digitaal op te zoeken. Alle medicijnen, vaccinaties en een veterinair examen. Wanneer een paspoort verloren gaat, is de medische geschiedenis nog gewoon beschikbaar.  

In de toekomst wil ik een module ontwikkelen waarin de fokker gemakkelijk op kan zoeken waar en wanneer zijn paarden gaan springen. We willen dingen veel gemakkelijker maken door het gebruik van moderne technologie. Mijn zoon is slechts anderhalf en hij weet al hoe hij een iPad moet bedienen. Ik ben geen technicus, maar ik heb een geavanceerde geest. Eén dag stilstaan ​​is hetzelfde als een jaar achterlopen op alles. Om mijn dromen te realiseren, word ik geholpen door mijn neef Joris van den Oetelaar. 

Een ander voorbeeld van wat we willen veranderen: om goedgekeurde hengsten te herwaarderen, willen we hen laten springen in de jonge paardenserie in Engeland. AES moet dicht bij de sport blijven staan, dat is ook de reden waarom we allianties met de nationale federatie willen maken. Alles bij elkaar; we moeten het Engelse paard omhoog zien te krijgen. We hebben al een enorme vooruitgang geboekt, maar de roem mist vandaag de dag nog steeds. 

Welke evolutie denk je dat AES door zal gaan de komende jaren?

Ik denk dat we het beste stamboek in de wereld worden. AES is het stamboek met de meeste echte ruiters. We hebben ook de ruimte om te fokken in Engeland. We zijn ook vastbesloten om helemaal voor de sport te gaan. We blijven werkzaam op internationaal niveau, maar uiteindelijk is mijn belangrijkste doel om de Britse fokkerij te ondersteunen. Als een niet-Europese investeerder vandaag de dag een jong paard wil kopen gaat hij naar Duitsland, Frankrijk, Nederland of België. Ik wil dat ze ook rekening houden met de Britse fokkerij.

Vorig jaar kwam je aan het hoofd van dit stamboek te staan, nadat Henk Minderman het ruim twintig jaar geleid heeft. Hoe ging dat?
Henk Minderman hield slechts twintig procent van de aandelen. De tijd was gekomen om nieuwe energie in het stamboek te steken. Ik werd gekozen als de nieuwe directeur. Daarna kocht ik de aandelen van de andere aandeelhouders. Nu is er veel meer ruimte om al het nodige te doen om het niveau te verhogen. Ik wilde al meer geld uitgeven in jonge paardenwedstrijden, in nieuwe paspoorten en in de technologie, maar ik werd al die tijd geblokkeerd.

Hoe denk je dat het fokken in het algemeen zal de komende jaren en decennia vooruitgang?
Ik ben ervan overtuigd dat het sportpaard moet elke tien jaar te veranderen. Dus ik ben ervan overtuigd dat dit in de toekomst ook zal gebeuren. Ik ben er zeker van sportpaarden moderner worden in de toekomst. Het is hetzelfde als met auto's. Ieder jaar worden er nieuwe gadgets en vaardigheden gelanceerd. Paarden zijn hetzelfde. We moeten meer paarden fokken die iedereen kan rijden. Paarden moeten worden aangepast aan het volk. Meer en meer amateurrijders willen hoge kuren springen, en daar hebben ze paarden voor nodig. Dat is dan ook de reden dat we paarden moeten fokken die gemakkelijk technisch op te leiden zijn zonder dat er druk op ze uitgevoerd hoeft te worden. Een vierjarige moet zijn ruiter helpen, ook wanneer een afstand niet goed is of wanneer een bocht niet goed genomen is. We hebben ook behoefte aan snellere paarden, omdat de tijd veel korter is tegenwoordig. De kwaliteit van ons stamboek zit in de mensen die 
werken aan de natuurlijke vaardigheden van jongen paarden en hen daar ook op keuren. We herkennen kwaliteit ook wanneer een paard niet volledig is voorbereid. We zijn ook toleranter dan de meeste stamboeken, omdat we geen tophengst mis willen lopen. Plot Blue is bijvoorbeeld zo’n paard dat tijdens de KWPN keuringen geen kans kreeg om te springen. Daarna kwam hij bij AES. We zagen hem in een slechte staat, maar dat tijd heeft geleerd dat hij het wel in zich had. Net als Big Star, Montender, Copin vd Broy, Marius Claudius, Presley Boy, Arko III en vele anderen.  

Sinds u bent begonnen met beoordelen voor AES, heeft u geen enkele goedkeuring gemist. Hoe bent u een expert geworden in het beoordelen van paarden? 
Ik ga naar elke hengstkeuring in de wereld, dus train ik mezelf. Ik heb veel geleerd van mijn vader. Het is moeilijk te zeggen hoe ik precies oordeel. Ik word geleid door een bepaald gevoel. Het eerste waar ik naar kijk is het hoofd van een paard. Ik zie intelligentie in de ogen. Ik kan zien of hij zich goed beweegt, een goed springpaard is en of hij een goede balans heeft. Opmerken dat Big Star een toppaard is op dit moment, is helemaal niet moeilijk. Hem ontdekken als driejarige is veel moeilijker, en ik hoop dat we nog veel hengsten zoals hem zullen vinden de komende jaren. 

Terug naar interviews